Interview wethouders over voortgang

Tom Horn en John Nederstigt bespreken binnenkort namens het college van burgemeester en wethouders met de gemeenteraad de stand van zaken van PARK21.

PARK21 moet als het voltooid is, jaarlijks miljoenen bezoekers uit Haarlemmermeer, de regio, de rest van Nederland én de rest van de wereld gaan trekken. In de voortgangsrapportage 2015 wordt echter gerept over een pas op de plaats. De twee projectwethouders geven opheldering.

In de voortgangsrapportage staan veel woorden als ‘herdefinitie’, ‘nadere analyse’ en ‘onderzoek’. Dat ruikt naar onraad.

Wethouder Tom Horn: “Nou, dat is er niet. Geen zorgen. Dat park komt er. Er is grote behoefte aan, zowel bij onze eigen inwoners als in de regio. Kijk alleen al naar Amsterdam, dat groeiende problemen ondervindt met de toestroom van toeristen. Amsterdam kijkt om zich heen naar mogelijkheden voor ontlasting en ziet in PARK21 een grote kans. We zijn hierover in gesprek met Amsterdam.” Wethouder John Nederstigt: “De regio profiteert mee van PARK21. Denk aan bezoekers die hier verblijven en hier overnachten.”

Horn: “De ontwikkeling van het park is gewoon doorgegaan en blijft ook gewoon doorgaan, net als de grondverwerving. Deelgebied 1, met onder meer het honkbalstadion van Hoofddorp Pioniers, is op een oor na gevild, er zijn fiets- en wandelpaden aangelegd, er staat een bijenpaleis, één van de twee kinderspeelplaatsen is er al en met de Leendert van der Meulenbrug is een mooie verbinding met Zwaanshoek tot stand gekomen. Met mijn hond maak ik daar zelf regelmatig een rondje.’’ Nederstigt: “PARK21 komt steeds meer tot leven, deelgebied 1 wordt in het voorjaar officieel geopend. Tom en ik kijken er naar uit om dat te doen.’’

Horn: “Er is inmiddels een consortium in oprichting dat het leisuregedeelte van PARK21 gestalte moet geven. We praten hier over een megaontwikkeling. We praten niet over een pretpark. We praten wel over een themapark. Holland is het thema. Denk dus aan bloemen, de strijd met het water, het creëren van een duurzame toekomst en agrarische innovatie.’’ Nederstigt: “Het consortium is nu goed aan het nadenken over de vraag: kunnen we het waarmaken? Willen wij een overeenkomst met de gemeente Haarlemmermeer aangaan? De komende maanden zijn nodig om de markt te verkennen en op zoek te gaan naar gespecialiseerde bedrijven en die te betrekken bij het project. Dit najaar verwachten we witte rook.

Als er zo veel voortgang in zit, waarom verschijnt de voortgangsrapportage dan pas in 2016 en niet zoals bedoeld in 2015? En waarom valt dan in verschillende media de term ‘pas op de plaats’?

Horn: “We hebben in de tweede helft van vorig jaar een pas op de plaats gemaakt. Niet qua ontwikkeling, want lopende zaken zijn dóórgegaan. Wel hebben we het masterplan uit 2011 tegen het licht gehouden van de huidige omstandigheden. En we hebben ons daarbij afgevraagd: willen we het park nog steeds zó neerzetten?’’ Nederstigt: “Dat hebben we ook gedaan op – terecht - aandringen van de gemeenteraad. Die heeft ons gevraagd om een visie op het beheer. Want investeren is één, exploiteren twee, maar je bent pas compleet met beheer en onderhoud erbij. De kosten van beheer betalen we uit de opbrengsten. Deze komen later. Het beheer van PARK21 begint echter direct. Samenwerking met partijen, zoals met de agrariërs in het park, is bij het beheer cruciaal. Dat gaan we nog verder onderzoeken. En natuurlijk houden we de beheerskosten zo laag mogelijk.”

Horn: “Herijken, pas op de plaats, heroverwegen et cetera klinken dramatischer dan het is. Actualiseren dekt de lading misschien beter. Vergeet niet dat het nooit de bedoeling is geweest dat alles wat in het masterplan staat er ook allemaal gaat komen. Het masterplan is een regiestuk, een processtuk, geen blauwdruk. Voor alle duidelijkheid: de actualisatie is niet van invloed op de opdracht aan het consortium. Nederstigt: “Het is juist verstandig dat je je na vijf jaar afvraagt: gelden alle uitgangspunten nog? Hebben we alle kansen en risico’s nog steeds goed in het vizier? Hebben we dat geld er nog steeds voor over, kan het goedkoper?’’

Dat is wat u zich onder meer afvraagt over de recreatieplas in deelgebied 2?

Horn: “Absoluut. De recreatieplas kost veel geld. We willen verder onderzoeken wat die plas bijdraagt aan een duurzaam watersysteem. Water zal altijd een belangrijke rol spelen in PARK21, maar of dat nu met die recreatieplas erbij moet, is de vraag. Misschien is een waterrijk landschap wel een goed alternatief. Dat gaan we onderzoeken.’’ Nederstigt: “We gaan niet zonder meer door op de ingeslagen weg. We blijven in gesprek met onze kritische meedenkers. Ik doel uiteraard op de agrariërs. Want een park zonder agrariërs is ongewenst en ondenkbaar.’’

Vorige artikel Volgende artikel